De Lissewal, primus in energie-efficiëntie

Wanneer Jürgen Crombez in 2003 een failliet etablissement overneemt, besluit hij het over een compleet andere boeg te gooien. Onder meer kiest hij radicaal voor vergaande energie-efficiëntie. Hij decimeert de distributiekosten voor elektriciteit met een eigen hoogspanningscabine, vermindert het elektriciteitsgebruik door wasmachines, droogkasten, ovens en friteuses op gas en met een zonneboiler, produceert zélf elektriciteit met PV-panelen,… Dat vergt investeringen, maar die verdienen zich dubbel en dik terug. En intussen slaakt de planeet een zucht van opluchting. 

In Elverdinge, een randgemeente van Ieper, bevindt zich domein De Lissewal, dat bestaat uit hotel, feestzaal en restaurant. Zaakvoerder Jürgen Crombez: “Het hotel bevindt zich boven het restaurant en telt acht kamers. De kamers hebben een viersterrenuitvoering maar voor het hotel vroeg ik slechts drie sterren aan, omdat voor vier sterren nachtbewaking nodig is. Dan is er nog de feestzaal, die vooral bezoekers lokt in het weekend: vrijdag, zaterdag en zondag. Daar vinden seminars plaats, bijeenkomsten van serviceclubs, rouwmaaltijden, huwelijksfeesten,… In het restaurantgedeelte, tenslotte, bevindt zich een open grill, zodat de grillades voor iedereen zichtbaar zijn; met zijn capaciteit van veertig personen heeft dat een vrij kleine schaal.”

Crombez nam de zaak over in 2003. Toen was het een parochiezaal in privéhanden die failliet was geraakt. “Ik heb de zaak compleet heropgebouwd”, vertelt hij. “Ik zette de feestzaal op punt, zorgde dat alles conform de wetgeving raakte- HACCP, brandveiligheid en dergelijke-, enkele jaren later kwam er de orangerie bij,… Steeds meer mensen kwamen, soms van vrij ver hier vandaan. Velen vroegen of ze hier ergens konden overnachten. Daarom bouwde ik hier in 2013 ook een hotel uit.”

Hoogspanningscabine

Naarmate het succes van De Lissewal toenam, stegen de bedragen op Crombez’ energiefacturen: “Ik merkte dat de hoogste verbruikspiek zich in het weekend bevond. En het grootste deel van die kost lag niet bij het verbruik van elektriciteit, maar bij de distributie ervan. Ik vroeg me af hoe die lager kon. Uiteindelijk besloot ik te investeren in een eigen elektriciteitscabine. Daardoor werd mijn distributiekost tot 75 procent lager. Daarmee zag ik mijn elektriciteitskost gedeeld door drie, want de distributiekost staat in voor twee derden van de totale elektriciteitsfactuur. Zo spaarde ik vijf- à zeshonderd euro per maand. De cabine kostte 28.000 euro, en daar bovenop kwamen nog eens 9.000 euro netwerk- en aansluitingskosten, dus kon ik de cabine in drie à vier jaar terugbetalen.” 

PV-panelen

Crombez besloot ook zelf elektriciteit te maken: “Daarom investeerde ik, in 2011, in 280 zonnepanelen. Samen staan ze in voor 60 kiloVolt-Ampère. In dat jaar kon ik nog rekenen op gulle subsidies daarvoor, via groenestroomcertificaten. Ik kreeg 300 euro per kVA, zodat ik de aflossing van mijn lening ervoor eigenlijk terug kreeg via de subsidies.” 

Maar zouden zo’n panelen ook vandaag nog interessant zijn? “Tegenwoordig zijn de subsidies voor fotovoltaïsche panelen lager: zo’n 70 à 80 euro per kVA. Wie er dus dit jaar installeert zou, schat ik, een opbrengst van 5 à 6 procent hebben. Dat is nog altijd meer dan de opbrengst van geld op de bank.”

Maar, zoals gezegd, verbruikt De Lissewal vooral elektriciteit in het weekend. De zonnepanelen, echter, houden er geen rekening mee welke dag van de week het is om elektriciteit te produceren. Dus had Crombez op weekdagen elektriciteit in overschot: “Om die te verbruiken, besloot ik tijdens weekdagen ons eigen linnen te wassen. Dat kostte me minder dan dat door een extern bedrijf te laten doen. Dat extra werk bood me ook de kans een personeelslid een voltijdse job te geven; dat is goedkoper dan beroep te doen op een interimbureau, en je vindt er sneller iemand voor dan voor deeltijds werk.”

Er was nog een goede reden om zelf linnen te wassen. In De Lissewal wordt veel sterk gezuiverd water, meer bepaald ‘osmosewater’, gebruikt. “Maar om daarvan 1.000 liter te produceren, heb je 3.000 liter stadswater nog. Dus kwam 2.000 liter stadswater in de riolering terecht. Nu vangen we dat water op in regenputten en wordt het gebruikt om dat linnen te wassen.”

Intussen is De Lissewal dermate gegroeid dat hij alle geproduceerde zonne-energie zelf kan benutten; die staat nog in voor één derde van de totale eigen elektricteitsbehoefte. 

Was- en droogmachine & keukenapparatuur gas

In de jaren daarna deed Crombez nog ingrepen: “Ik investeerde in een wasmachine en een droogkast op gas. Ook in de keuken schakelde ik verschillende toestellen over naar gas; dat maakte vooral een groot verschil bij de convectieovens en friteuses.” De aankoop ervan was stukken duurder, maar het verbruik is ook heel veel lager, verzekert de zaakvoerder. Het is een strategie die hij consequent volgt. Zo kocht hij onlangs nog een wasmachine: hij koos een versie met warmterecuperatie wat een 20 procent hogere aankoopprijs betekende, maar die verdient hij terug binnen het jaar.

“Globaal genomen,” gaat de zaakvoerder verder, “kost de werking van de machines en apparaten die ik verving, nog de helft van toen ze nog op elektriciteit werkten, terwijl ze even krachtig zijn…. Velen willen niet veel investeren in hun machinepark. Maar ze doen er ook goed aan te kijken wat ze er na de aanschaf voor betalen in operationele kosten, onderhoudskosten en dergelijke. Bekijk je machines goed: heb je voldoende capaciteit om die van elektriciteit om te zetten naar gas? Overweeg dan zeker dat te doen.”

Andere ingrepen

Wat eveneens bijdroeg tot een lager elektriciteitsverbruik, is dat Crombez consequent is gaan kiezen voor energiezuinige ledverlichting. Ook is hij van plan binnenkort een zonneboiler te plaatsen. Zo zal zonnewarmte water voorverwarmen dat gebruikt wordt hij bijvoorbeeld afwas, wasmachine en douches.

Terugverdientijd

Crombez kiest bijna uitsluitend voor energiebesparende maatregelen die binnen de vijf jaar terugverdiend zijn. Hij gelooft dat veel hotels en andere horecazaken er goed zouden aan doen dezelfde weg te kiezen. Tegelijk beseft hij dat het niet voor iedereen zal kunnen: “Bijvoorbeeld heb je natuurlijk plaats nodig om een eigen hoogspanningscabine, zonnepanelen en linnenwasmachines te plaatsen. 

Bovendien impliceert de doorgaans hogere aanschafprijs een forse investering; dat is zeker niet evident, zeker niet als de investeringen op korte tijd zouden gebeuren. Maar ik heb het kunnen doen, en constateer intussen toch dat de energiefactuur voor mij 50 procent verminderd is. 

Mijn jaarlijkse kost is gedaald, terwijl die voor de meeste bedrijven stijgt. Met het geld dat ik zo extra over heb, kan ik investeringen doen die anderen niet kunnen doen.”

Als cijfers spreken
Hoogspanningscabine:
Investering: 37.000 euro
Besparing: 75 % op distributienetkosten, 30% op energiefactuur
Terugverdientijd: 4 jaar

270 PV-panelen (60 kWp): 
Investering: 148.000 euro
Inkomsten certificaten: 18000 euro per jaar = 60 kVA (kiloVolt-Ampère) maal € 300/kVA
Besparing: 30% op elektriciteitsverbruik
Terugverdientijd: circa 7 jaar 

Andere energie-efficiënte ingrepen
Convectieovens, friteuses, borden-warmers en vaatwas op gas
Meerinvestering voor ovens: 3.100 euro (+ nieuwe gasleiding 1.500 euro)
Besparing: 40% op energiekost
Terugverdientijd: circa 4 jaar

Auteur en foto’s: Koen Vandepopuliere