City Hub is een vrij recent Nederlands hotelconcept, dat onlangs een nieuwe vestiging opende in de havenstad Rotterdam, waar het toerisme (en dus ook de plaatselijke hotelwereld) de laatste jaren een explosieve groei kent.
City Hub (zie www.cityhub.com) is het resultaat van de budgetbewuste reizen van twee studievrienden, die onderweg meestal in jeugdherbergachtige hostels overnacht hebben. En hierbij ontdekten ze snel de slechte kwaliteit, waar veel van die hostels nog steeds last van hebben : gebrekkige netheid, gemeenschappelijke slaapruimtes met 6 tot 8 personen per kamer… en relatief duur in verhouding tot het ondermaatse product dat ze serveren.
Als reactie hierop begonnen beide vrienden zelf een hotelconcept te brouwen, waarbij ze dan ook naar een verbeterde en vooral modernere versie van de klassieke jeugdherberg streefden. Op een bepaald moment plaatsten ze een eerste exemplaar van hun “concept room” in hun appartement – zeg maar een soort “slaapdoos” die ze door een aantal “testklanten” hebben laten keuren. Ze noteerden de belangrijkste ervaringen die ze bij dit pilootproject opgedaan hadden en stapten tenslotte met een businessplan naar een investeerder (uit de immosector).
Hun allereerste hotel realiseerden ze in het centrum van Amsterdam, zeg maar de stad die momenteel een ongebreidelde hotelgroei kent. Dennis Vermeulen, ofwel de manager van City Hub Rotterdam, vertelt : “Dit hotel, dat een 50-tal kamers telt, raakte snel vol. Nu hebben wij daar op jaarbasis een bezettingsgraad van 98 procent, wat zeer veel is.”
Door dit succes kwam er een tweede belangrijke investeerder aan boord (meer bepaald een bank), en werd er tevens een tweede hotel in Rotterdam in het leven geroepen. “Ons hotelconcept zullen we vooral in grote Europese steden lanceren. En Rotterdam is de tweede grootste stad van Nederland.” Bovendien kent deze plek vooral de laatste vier jaar een explosieve toeristische groei.
City Hub Rotterdam koos meteen voor een toplocatie, meer bepaald op een boogscheut van het beroemde kunstmuseum Boymans Van Beuningen en middenin in de Witte de Withstraat, ofwel de bekendste en vooral meest trendy uitgangsbuurt van deze bruisende stad. “Voor de realisatie van onze hotels streven we dan ook zoveel mogelijk naar A-locaties.”
De zowat 126 kamers vonden onderdak in drie aaneengesloten historische panden. En de opening vond plaats op 23 april 2018. Het publiek van dit Rotterdamse hotel blijkt vooral jong en zeer internationaal te zijn (zo zagen we veel Aziatische gezichten). “Het gaat hoofdzakelijk om mensen die graag naar (verre) steden reizen, en die hun geld vooral aan uitgaan (eten, drinken…) en stadsverkenning (musea, boottochten…) willen uitgeven.” En ze willen niet enorm veel geld aan hotelkamers spenderen, maar toch verlangen ze een zekere basiskwaliteit en een nette, propere overnachtingsplek. En tijdens ons verblijf zagen we inderdaad dat veel City Hub-gasten de stad van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat doorkruisten.
Net voorbij de ingang ontmoet de bezoeker eerst een zithoek, en vervolgens een computerzuil waar men kan in- of uitchecken. Er is geen receptie, maar wel (24 uur op 24) een gastvrouw of –heer (“City Host”) in het bargedeelte, die de bezoekers adviseert bij het gebruik van de hoteltechnologie of de recreatieve mogelijkheden van de omliggende stad.
Na het aanmelden krijgt de gast een (gelukkig afneembare) elastische armband (zoals we die kennen uit de muziekfestivals). In de bar activeren we de tapkast met onze armband, waarna we zelf het schuimende gerstenat kunnen aftappen. En ook de toegang tot andere dranken (koffie, thee…) worden door deze armband in gang gezet. Dit systeem zorgt er uiteraard ook voor dat de verbruikte dranken op de hotelrekening terecht komen. “Door deze doorgedreven automatisering, die we bovendien volledig zelf intern ontwikkeld hebben, kunnen we enorm veel kosten en personeel op zuiver uitvoerende taken besparen. De mensen die we in dienst hebben, zetten we dan ook het liefst zoveel mogelijk in om de gasten te adviseren.” Naast de automatisering wordt hier dus tevens naar een hoog (menselijk) serviceniveau gestreefd.
De deur van de lift gaat maar open wanneer we het armbandje gebruikt hebben. “Dit is vooral voor de veiligheid. Zo komen er in het slaapgedeelte geen mensen binnen die daar niets te zoeken hebben.” En ook binnenin de lift moet het armbandje gebruikt worden, maar deze keer om dit toestel tot actie aan te porren.
In de gangen verraden de buitenmuren het feit dat we ons in een historisch pand bevinden. De oude, niet afgebroken interieurelementen (antieke ronde elektrische draaischakelaars, wandtegels…) aan deze muren werden met een gifgroene verf overdekt.
In deze gangen werden tevens een aantal futuristische “slaapdozen” geplaatst. Elke doos bestaat uit twee slaapruimtes, telkens aan de boven- of de onderkant. De deur opent uiteraard enkel via het armbandje. Wij komen aan de bovenkant terecht. Het brede tweepersoonsbed heeft iets van een “kooi” in de kajuit van een matroos op een schip, maar dan wel iets groter. De donkerkleurige opbergvakken doen aan de rechterkant tevens dienst als trap(ladder). Er is toch enige lenigheid vereist : dit is duidelijk bedoeld voor een eerder jeugdig publiek.
Zonder ingreep evolueert de sfeerverlichting in de kamer volgens een vast schema : roze-groenblauw-oranje… . “Met onze City Hub-app ofwel applicatie kun je deze verlichting zelf via je smartphone regelen.” Deze app gidst de bezoekers tevens rond doorheen Rotterdam. “Al de vrijetijdstips (waar eten, drinken…) die de bezoeker hierop vindt – en die op een stadsplan geprojecteerd worden – zijn het resultaat van de ervaringen die onze gasten met elkaar delen.”
Toiletten, douches en andere wasruimtes zijn gemeenschappelijk (met scheiding mannen-vrouwen), maar wel in een correcte staat. “Wij bieden dan ook een veel hogere kwaliteit dan bij de meeste andere hostels.” En het ontbijt vindt plaats in een horecazaak iets verder in de straat.
De eerstvolgende City Hub wordt in Kopenhagen gepland. Vervolgens denkt men aan Parijs, Londen en Madrid. In België zouden dat Antwerpen en Brussel kunnen zijn. “Onze eerste focus ligt op de grote steden in Europa waar de kamers vrij duur zijn.”
Tekst: Brecht Thiers – foto’s: City Hub